Voor links is het onderwerp migratie in de huidige politieke verhoudingen een ‘balanceeract’

Wie de nieuwe verhoudingen in de Tweede Kamer wil zien, had dat afgelopen maandagavond kunnen meemaken in de Groen van Prinstererzaal in de Tweede Kamer. Kamerleden debatteerden met demissionair staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel, VVD) over zijn begroting voor asiel en migratie. Een beladen onderwerp: de VVD had het kabinet-Rutte IV erover laten vallen. Vrijwel de hele verkiezingscampagne was het over asiel en migratie gegaan, met de winst van de PVV als resultaat. Andere onderwerpen, zoals armoede of de wooncrisis, werden wel besproken, maar vooral als ze gekoppeld konden worden aan migratie. En nu, twee maanden na de installatie van de nieuwe Tweede Kamer, zetten de vier partijen die onderhandelen over een rechtse coalitie de toon.

Gidi Markuszower (PVV): „De gelukszoekers willen genieten van onze welvaart, uitkeringen en zorg. Velen van hen komen om te pakken, niet om te geven. Velen willen er alles aan doen om dit land stuk te maken.”

Ruben Brekelmans (VVD): „Veel Nederlanders zijn het gebrek aan grip op aantallen [asielzoekers] helemaal zat.”

Caspar Veldkamp (NSC): „De vorm en omvang van migratie van de afgelopen jaren zijn onhoudbaar.”

Mona Keijzer (BBB): „Ik ben er vrij hard in. Voor mensen met antisemitische of antiliberale gedachten, die horen bij de sharia, is geen plaats in de samenleving.”

Deze nieuwe situatie – een zeer ruime rechtse en radicaal-rechtse meerderheid – plaatst links voor een dilemma. Wat moet je doen: meebewegen of juist tegenwicht bieden?

Grip op migratie

GroenLinks-PvdA, met 25 zetels na de PVV de grootste fractie, deed bij monde van Kamerlid Julian Bushoff vooral het eerste. Ook híj had het over „grip krijgen op migratie”. Hij hekelde de partijen die „grote woorden gebruiken, maar oorverdovend stil zijn om maatregelen te nemen om arbeidsmigratie in te perken”. Bushoff: „Bedrijven plukken er de vruchten van, terwijl wij als samenleving de kosten dragen.” Met andere woorden: we willen allemaal ongeveer hetzelfde, maar jullie hebben de woorden, wij de oplossingen.

Rechts bepaalt het gesprek in Den Haag en bij het gespreksonderwerp, migratie, heeft links vrijwel niets te winnen. Misschien verklaart dat de relatieve stilte bij het linkse en progressieve deel van de Tweede Kamer, na de verkiezingen. Niets te winnen bij het gesprek van de dag, en te klein om het gesprek op een ander onderwerp te brengen.

Dit probleem voor links heeft alles te maken met ‘issue ownership’, zoals politicologen het noemen. Kiezers associëren partijen met een thema. Gaat het, bijvoorbeeld in een verkiezingscampagne, sterk over jóuw thema, dan win je er automatisch mee, los van de vraag of je iedereen van jouw ideeën overtuigt. Bij de verkiezingen van 2021 vroegen onderzoekers voor het Nationaal Kiezersonderzoek welke onderwerpen kiezers op partijen plakken. Gaat het over de economie, dan wint de VVD. Gaat het over onderwijs, dan profiteert D66. De PvdA had een sterke associatie met werkgelegenheid, GroenLinks met klimaat. En de PVV, uiteraard, met migratie.

„Linkse partijen in Nederland hebben nooit een echt eigen verhaal over migratie bedacht”, zegt politicoloog Léonie de Jonge (Rijksuniversiteit Groningen). „En als het veel over migratie gaat, zoals nu, profiteert radicaal-rechts altijd. De positie van kiezers over dit onderwerp verandert nauwelijks, weten we uit onderzoek. Alleen: politiek is aanbodgestuurd. Het aanbod van partijen bepaalt het kiezersgedrag. Kiezers zijn helemaal niet opeens massaal antimigratie, de cijfers zijn vrij stabiel. Het thema is alleen gepolitiseerd en daar passen kiezers hun gedrag op aan.”

Voorlopig komt er geen progressieve coalitie. Op links is het eenzaam

Het kopiëren van die thema’s en er een sociaal-democratisch of links sausje overheen gieten, „werkt in de praktijk niet”, zegt Léonie de Jonge. Toch is dat wat linkse partijen wel proberen. Al vóór de opkomst van Pim Fortuyn in 2002 begon in de PvdA de discussie of de partij niet een strenger migratiegeluid moest laten horen, om de traditionele achterban (wit, lagere inkomens) in bijvoorbeeld de grote steden niet weg te jagen. Publicist Paul Scheffer, een PvdA’er, schreef in 2000 zijn essay Het multiculturele drama en maakte veel debat los, ook op links.

Sindsdien is links kritischer geworden zonder, zoals Léonie de Jonge het noemt, een echt eigen geluid te hebben gevonden. Toenmalig PvdA-leider Wouter Bos bepleitte in 2009 nog „een beschaafde vorm van nationalisme” als het over migratie en integratie ging. Lodewijk Asscher, PvdA-leider van 2016 tot 2021, schreef een kritische nota over migratie die nooit het licht zag. Het lag allemaal erg gevoelig in zijn fractie en achterban.

Migratie beperken?

Voor links is migratie „een balanceeract”, zegt hoogleraar sociologie Niels Spierings, verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen. „Ongeveer tweederde van de kiezers, ook velen op links, vinden dat migratie beperkt moet worden. Wel vinden veel linkse kiezers dat Nederland een morele plicht heeft om humaan asiel- en migratiebeleid te voeren.” Maar GroenLinks-PvdA heeft wel twee problemen, zegt Spierings. De meeste kiezers zitten meer in het politieke midden dan hun ‘harde’ achterban. Bovendien: verenigd links weet dat er de komende tijd geen progressieve coalitie zal komen, op links is het eenzaam geworden. Er zal dus meegebogen moeten worden met rechtsere partijen om eventuele samenwerking mogelijk te maken.

In het verkiezingsprogramma van GroenLinks-PvdA was de voorzichtige verschuiving naar het midden al te zien. Daarin stond dat de partij eventueel bereid is migratiedeals met derde landen te sluiten (waar GroenLinks altijd tegen was). Ook benoemt het programma de „zorgen over druk op schaarse publieke voorzieningen, zoals woningen, onderwijs en huisartsenzorg”, en een erosie aan maatschappelijk draagvlak.

Deze positie, meer in lijn met de politieke mode, werd tijdens de campagne niet beloond. Het migratiedebat werd gedomineerd door Geert Wilders, en in mindere mate de VVD, NSC en BBB – lijsttrekker Frans Timmermans kwam er nauwelijks meer tussen. Ook niet toen Wilders andere onderwerpen, zoals wonen, aan migratie koppelde. Paul Scheffer zei daar vorige week over in de Volkskrant: „Er werd vanuit links wel steeds op gewezen dat er ook belangrijke andere oorzaken zijn van de wooncrisis. Maar je zag een duidelijke dynamiek in de tv-debatten: er deden vaak maar een paar kandidaten mee, dat waren telkens vooral rechtse partijen, waardoor het rechtse discours veel dominanter was. Het was steeds Timmermans tegen de rest.”


Lees ook
Frans Timmermans, bedeesd op zoek naar het politieke midden



<p>Drie momenten uit de campagne van Frans Timmermans. Links: zijn verkiezing tot lijsttrekker van GroenLinks-PvdA op 22 augustus in Den Haag. Midden: in de coulissen van het eerste gezamenlijke partijcongres op 14 oktober. Rechts: bij het lijsttrekkersdebat van RTL op 12 november.</p>
<p>” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/02/voor-links-is-het-onderwerp-migratie-in-de-huidige-politieke-verhoudingen-een-ac280c298balanceeractac280c299.jpg”><br />
</a> </p>
<p>Voorstanders van meebewegen met de tijdgeest wijzen vaak naar de sociaal-democraten in Denemarken, die met een kritisch verhaal over migratie nu veruit de grootste partij zijn. Léonie de Jonge nuanceert dat beeld. „Soms leidt deze aanpak op korte termijn tot succes, zoals in Denemarken, maar vergroot het de problemen op langere termijn. Je reikt de argumenten voor radicaal-rechts op een presenteerblaadje aan voor de kiezer, omdat links dan vooral hun woorden overneemt.” </p>
<h2 class=Het Waalse model

Wat wel werkt, zegt ze, is de aanpak van bijvoorbeeld de Parti Socialiste, de grootste partij in Wallonië. „Zij beschouwen migratie niet als een cultureel onderwerp, als een bedreiging voor traditionele waarden. Hun verhaal is veel meer sociaal-economisch, waarbij de migrant en de traditionele arbeider allebei baat hebben bij minder inkomensongelijkheid. Zo zijn ze erin geslaagd hun achterban te behouden, en zich te onderscheiden van radicaal-rechts.”

Kan dat in Nederland ook werken, in plaats van het imiteren van rechtse partijen? Dat wordt moeilijk, zegt Niels Spierings. GroenLinks-PvdA is die traditionele achterban al grotendeels kwijt. Kiezers zijn hoog opgeleid, stedelijk, en de mensen voor wie de partij opkomt, stemmen vaker op andere partijen. En die kiezers, zegt Spierings, win je niet zomaar terug. „Migratie is de afgelopen decennia een veel belangrijker onderwerp geworden en sociaal-economische thema’s zijn juist minder belangrijk geworden, zeker nu het economisch goed gaat. Daardoor heeft links veel meer moeite de agenda te bepalen.”

Daarbij komt dat links per definitie een ingewikkelder verhaal te vertellen heeft, zegt Spierings. „Heel grof gezegd: rechtse partijen zeggen tegen hun achterban dat ze het goed doen en dat ze niets hoeven aan te passen of te veranderen. Rechtse partijen zijn goed in het beschermen van hun kiezers. Linkse partijen zeggen: we hebben grote problemen, zoals klimaat, armoede en discriminatie. Iedereen moet een steentje bijdragen. Dús komt er een asielzoekerscentrum, dús gaan we de pronouns [voornaamwoorden] aanpassen, of dús moet u een plakje ham minder eten. Verandering is nooit leuk, zeker als de kiezer die urgentie niet voelt.”